Top 3 uitdagingen voor organisaties

De coronacrisis slaat geen enkele organisatie over. Hoe blijf je overeind? Hoe beperk je de schade zodat je daarna de draad weer kan oppakken? Het is nu alle hens aan dek om je organisatie gezond door de crisis te helpen. Dat kan betekenen dat je (tijdelijk) je koers wijzigt, je (tijdelijk) anders moet positioneren, de markt opnieuw moet verkennen en je communicatie met stakeholders extra aandacht moet geven. De organisatieadviseurs van Bureau Buhrs helpen je hier graag bij. Met een QuickScan van jouw organisatie maken we binnen één week helder wat de uitdagingen zijn en hoe je die aangaat.

Top 3

De organisatieadviseurs van Bureau Buhrs zijn betrokken bij diverse spannende innovaties en adviseren een aantal organisaties over hun corporate branding tijdens en na de crisis. Momenteel komen we bij onze relaties veel uitdagingen tegen die vaak al langer speelden, maar door de coronacrisis actueel zijn geworden. De top 3:

  1. Digitalisering. Hoe realiseer ik een integrale digitalisering van mijn bedrijfsvoering waar de gehele organisatie actief bij betrokken is?
  2. Branding. Welke waardepropositie heb ik mijn klanten te bieden tijdens en na de crisis? Hoe formuleer ik deze scherp en hoe pas ik mijn organisatie(cultuur) hierop aan?
  3. Verkoop. Hoe versterk ik mijn verkoopkracht? Het nieuwe normaal vraagt om een andere aanpak. Hoe bereik ik snel en efficiënt resultaat?

De achterliggende vraag bij deze top 3 is hoe je een organisatie lenig en flexibel kan inrichten en hierdoor als organisatie aan kracht wint.

Een nieuwe werkelijkheid

De aanleiding om met ons van gedachten te wisselen is ook de snelheid waarmee de nieuwe werkelijkheid zich presenteert. Een werkelijkheid die maar weinigen van ons hebben zien aankomen en die hard ingrijpt op de bedrijfsvoering en je bezorgd maken over de continuïteit van, voor velen, het verwezenlijken van een droom. De druk vanuit de omgeving en de stakeholders neemt tijdens een crisis exponentieel toe.

 

 

Wat wordt jouw nieuwe verhaal?

Vraagstukken waar ondernemers voor komen te staan zijn: Wat wordt jouw antwoord op die nieuwe werkelijkheid? Hoe vind je jezelf opnieuw uit? Wat betekent dit voor jouw positionering? Kortom: wat wordt jouw nieuwe verhaal? En vervolgens, hoe zorg je voor een snelle implementatie en effectieve marketing van dit verhaal?

Het voordeel van een crisis is dat je als ondernemer gedwongen wordt om je activiteiten terug te brengen tot de essentie. Een kans voor een herijking van de visie en strategie en dit intens en met hernieuwde energie nastreven.

Adviseur met afstand

Het is onze ervaring dat een stevige adviseur die met iets meer afstand naar deze vraagstukken kijkt, kan helpen om snel en effectief tot een heldere analyse en aanpak te komen. Een adviseur die met realistisch optimisme aan de slag gaat. Die snel hoofd- en bijzaken van elkaar onderscheidt en direct kosten weet te reduceren. Die de organisatie helpt weer vooruit te komen en laat groeien, waardoor het team weer gemotiveerd raakt.

QuickScan van één week

Uiteraard geldt voor elke organisatie dat haar vraagstuk uniek is. Zo ook die van jou. Wellicht herken je je in de top 3 of word je geconfronteerd met andere uitdagingen. Om voor jou inzichtelijk te maken waar te beginnen, helpen wij je met onze QuickScan. Op basis van een grondige analyse en interviews met management en stakeholders maken wij binnen één week helder wat er te doen staat. De QuickScan voeren wij uit tegen een basistarief van € 4.500.

Wij stellen graag onze kennis en ervaring beschikbaar voor alle ondernemers die een klankbord kunnen gebruiken. Bureau Buhrs is succesvol actief geweest op verschillende dossiers. Ook tijdens de ingrijpende kredietcrisis en de nasleep daarvan.

Neem contact op om vrijblijvend ons je vraagstukken voor te leggen. Rob Buren is bereikbaar via e-mail: buren@bureaubuhrs.nl of info@bureaubuhrs.nl of mobiel: 06 5166 3569.

Haal meer uit je digitale bijeenkomst

Door de corona-crisis worden veel bijeenkomsten nu digitaal georganiseerd. Tips over de tools die we hiervoor kunnen gebruiken slaan ons om de oren. Inmiddels hebben we onze microfoon en webcam gevonden en kunnen we redelijk uit de voeten met videobellen en dergelijke. Maar daarbij blijft de ‘zachte’ kant van online bijeenkomsten onderbelicht. Bijeenkomsten achter het scherm worden gauw statisch eenrichtingsverkeer. Wat velen lastig blijken te vinden is hoe je digitaal echt het gesprek aangaat. Hoe zorg je voor interactie met en tussen je deelnemers? Hoe vraag je door naar het echte sentiment dat leeft? Kortom, hoe haal je meer uit je online bijeenkomst? Inmiddels hebben we bij Bureau Buhrs verschillende methoden in de praktijk gebracht en bereikten we mooie resultaten. De afgelopen weken organiseerden we diverse digitale bijeenkomsten, zoals workshops, informatiebijeenkomsten en stakeholderssessies. Wat hebben we hiervan geleerd? Lees onze tips in deze blog.

Tip 1: combineer de juiste middelen: online én offline
Om meer uit een online bijeenkomst te halen, kiezen wij voor het combineren van online middelen. Middelen die passen bij de doelgroep en het onderwerp. We combineren programma’s voor videobellen (zoals Microsoft Teams of Cisco Webex) met programma’s voor real-time interactie (zoals QANDR, Mentimeter of Sli.do). Via hun smartphone sturen deelnemers reacties in, die direct op het (computer)scherm verzameld worden. Zowel vraag als antwoord kan in diverse vormen, in bijvoorbeeld stellingen, beeld, woordwolken, polls en meer. De gespreksbegeleider stuurt aan de hand van de antwoorden de discussie.

Het kan waardevol zijn om je digitale bijeenkomst te ondersteunen met offline middelen. Sommige mensen zijn immers digitaal moeilijk bereikbaar en/of minder vaardig. Leg daarom het (eerste) contact offline en neem zo de drempel om online te participeren weg. Informeer over je digitale bijeenkomst via bijvoorbeeld nieuwsbrief, krant of flyer en leg uit hoe de digitale bijeenkomst werkt en hoe mensen kunnen deelnemen. Offline middelen kunnen ook ingezet worden voor bijvoorbeeld evaluatie of het delen van resultaten achteraf.

Tip 2: empower deelnemers
De inzet van een interactieve tool helpt om meer uit een digitale bijeenkomst te halen. Belangrijk is dat je hiermee je deelnemers empowered. De respons gebruik je als leidraad voor het gesprek: wat deelnemers inzenden vormt de discussie. Zo maak je hen echt participanten en geen toeschouwers. Bovendien geef je deelnemers veel meer mogelijkheden om inbreng te delen dan via woord of tekst alleen. Een ingezonden afbeelding zegt vaak meer dan 1000 woorden. Hiermee kunnen deelnemers niet alleen platte informatie, maar bijvoorbeeld ook gevoel en sfeer overbrengen.

Gebruik van interactieve tool ‘QANDR’ tijdens de digitale verdiepende bijeenkomst over Centrum Utrecht: Wat is jouw favoriete plekje in het centrum van Utrecht? Een foto zegt meer dan 1000 woorden!

Tip 3: verlaag de drempel

In eerste instantie lijkt een digitale bijeenkomst afstandelijk. Maar juist de veilige afstand en (mogelijke) anonimiteit kunnen voor specifieke deelnemers de drempel verlagen om iets te delen. Sommige deelnemers vinden het onprettig om in beeld te gaan. Biedt daarom altijd de keuze om zonder video deel te nemen. Waar in een traditionele (participatie)bijeenkomst de stap om iets delen in de groep groot kan zijn, bestaat het risico dat maar een paar deelnemers van zich laten horen. Met interactieve tools geef je alle deelnemers de mogelijkheid zich uit te spreken, zonder uit de eigen comfortzone te moeten stappen.

Tip 4: maak het leuk!

Een ongedwongen, prettige sfeer is een ijsbreker voor deelnemers om zich open te stellen. Maak je digitale bijeenkomst daarom leuk! Met een interactieve tool maak je het programma creatief en afwisselend. Deelnemers krijgen een actieve rol en worden geprikkeld om na te denken. Zorg ook dat er ruimte is voor een grapje. Een korte tijdsinvestering in een prettige sfeer betaalt zich uit in een goed gesprek.

Tip 5: geef deelnemers een gezicht

Juist bij een digitale bijeenkomst is het extra belangrijk dat alle deelnemers zich gezien en gehoord voelen, omdat de setting afstandelijker is. Kijk als gespreksbegeleider in de camera, zodat het contact natuurlijk voelt. Bij een kleinschalige digitale bijeenkomst kan je deelnemers (eventueel afwisselend met je presentatie) met video in beeld laten. Zo geef je hen letterlijk een gezicht. Ook is het waardevol om te beginnen met een voorstelrondje en deelnemers aan te spreken bij hun naam als je ze het woord geeft. Een online bijeenkomst is echt interactief als deelnemers ook met elkaar in gesprek gaan. Als gespreksbegeleider kan je dit stimuleren, door deelnemers te prikkelen om op elkaar te reageren en het gesprek af en toe de vrije loop de laten.

Organiseer je een digitale bijeenkomst met veel deelnemers? Dan is het lastig om deelnemers op allemaal in beeld en aan het woord te laten. Een oplossing is om vertegenwoordigers in te zetten met wie je deelnemers zich identificeren. Voor een bewonersbijeenkomst kan je bijvoorbeeld werken met een panel van buurtvertegenwoordigers. Ook kan de gespreksbegeleider namen en/of aantallen opsommen van mensen die vragen en opmerkingen hebben gedeeld.

Ga altijd voor een dikke voldoende!!
Door de tips uit deze blog toe te passen kan je meer uit je digitale bijeenkomst halen. Zo vermijd je de gevreesde monoloog en organiseer je een interactief, persoonlijk gesprek met en tussen je deelnemers. Wij vroegen de deelnemers aan onze digitale verdiepende bijeenkomst over Centrum Utrecht ons te beoordelen en scoorden een 8,5!

Wil jij ook zulke tevreden deelnemers hebben bij jouw (digitale) bijeenkomsten? Of heb je andere vragen over digitale bijeenkomsten? Bureau Buhrs helpt graag bij vragen over of bij de organisatie van jouw digitale bijeenkomst. En natuurlijk ook bij al je andere communicatie- en marketingvragen. Download onze brochure Let’s Go Digital of neem contact met ons op.

E: info@bureaubuhrs.nl
T: 020-632 5805

Jasper Bulteel – adviseur
Fenneke Hogenhout – adviseur

 

 

PERSPECTIEF BESTEMMING NEDERLAND 2020: LEISURE-INDUSTRIE, HERPAK JEZELF EN KIJK NAAR KANSEN!

De langzame versoepeling van de Coronamaatregelen is een klap voor de leisure-industrie, die al in zwaar weer zit. Een groot deel van de sector ligt stil en de cijfers liegen er niet om. En de verwachtingen zijn ook niet rooskleurig. Veel leisure-ondernemers, -organisaties en -bestemmingen maken zich zorgen om hun voortbestaan.

Hoe pak je de draad straks weer op? Wie wordt je doelgroep nu buitenlandse toeristen wegblijven? Wat betekent dit voor je aanbod en hoe profileer je je daarmee? En biedt de coronacrisis ook kansen? Allemaal vragen die leiden tot een mogelijke (tijdelijke) herijking van de koers. Nu focus aanbrengen in wie je bent en wat je doet, zodat je straks doelgericht en met hernieuwde energie positie kunt innemen. Lees in deze blog hoe je dat kunt doen en daarmee bijdraagt aan een duurzaam perspectief voor jezelf en voor Nederland als bestemming.

De gevolgen van het devies ‘blijf thuis’
Door de coronacrisis, en in het bijzonder de intelligente lockdown, is de vrijetijdsbesteding buitenshuis met 83% gedaald. Op plekken als bioscopen, pretparken, hotels en sporthallen is het bezoek zelfs met 94% gedaald. Het vrijetijdsaanbod is voor het merendeel gesloten, evenementen zijn afgelast en de consument leeft volgens het devies ‘blijf thuis’.

De verwachte impact van deze maatregel is vele malen groter dan tijdens de economische crisis uit 2008. Het perspectief voor gemeenten, toeristische organisaties en ondernemers is 180 graden gedraaid. Ze lopen enorme omzetten mis. Omzet dat volgens de ABN Amro als verloren kan worden beschouwd omdat er nauwelijks inhaalvraag zal zijn. Dit – gecombineerd met het MKB-karakter van de sector en de seizoenafhankelijkheid – zal leiden tot werkeloosheid en faillissementen. En voor Nederland als bestemming betekent dit  minder vrijetijdsaanbod.

Collectieve herstelmaatregelen
Het Rijk biedt verschillende handreikingen om de schade zoveel mogelijk te beperken. Ik laat voor nu in het midden of dit voldoende is voor één van de snelst groeiende sectoren in Nederland, die ook een belangrijke accelerator is voor andere – economisch essentiële -sectoren. Daarnaast worden verschillende hersteloffensieven opgezet voor de leisure-industrie, waar je als ondernemer, toeristische organisatie of gemeente baat bij hebt. Bijvoorbeeld het Offensief Duurzaam Herstel Bestemming Nederland van het NBTC. Dit richt zich op het herstellen van de gewenste (inter)nationale toeristische vraag en bestedingen.

Alle hens aan dek
Maar is dit alles dat de leisure-industrie kan doen? Nee! Het is nu alle hens aan dek om jouw organisatie of bestemming door deze crisis te helpen. En ja: het water staat aan de lippen, het ondernemen  gaat gebukt onder angst en presteren onder druk, je maakt je zorgen over de toekomst van de medewerkers, de continuïteit van de organisatie of de toeristische bedrijven in jouw gemeente. Maar juist daarom is mijn devies nu: breng focus aan in de koers van je leisure-organisatie of -bestemming. Zet in op duurzaam herstel zodat je straks, ten tijden van het nieuwe normaal – dat wellicht sneller plaatsvindt dan gedacht – weer positie kunt innemen. Ontdek de ware ondernemer in jou!

Zelf aan zet: focus en herijk!
Focus aanbrengen vraagt om scherpe keuzes maken. Dit kan betekenen dat je de koers wijzigt, bijvoorbeeld door:

  • (tijdelijk) jezelf anders te positioneren
  • (tijdelijk) op andere markten te richten
  • (tijdelijk) het aanbod aan te passen
  • (tijdelijk) de communicatie richting doelgroepen te versterken
  • (tijdelijk) nieuwe samenwerkingen aan te gaan

Om die keuzes te kunnen maken en de nieuwe koers te bepalen, volg je de drietrapsraket

positioneren -> programmeren -> profileren
Hieronder staan de drie stappen beschreven, inclusief een mogelijke invulling op basis van de trends en verwachtingen rondom de coronatijd.

  1. Positioneren – op de binnenlandse markt
    Wat wordt de nieuwe of aangepaste positionering van jouw organisatie of bestemming? Wat zijn de sterke punten? Welke van deze punten heeft de concurrent niet of minder en welke spreken jouw doelgroep het meeste aan?

Wie is eigenlijk jouw doelgroep? Verandert die door de coronamaatregelen? Het ziet ernaar uit dat je je de komende zomer vooral op Nederlanders moet richten en niet op buitenlandse toeristen. De oproep van minister-president Mark Rutte en de Europese Commissie voorzitter Ursula von der Leyen om nog geen vakanties te boeken, maakt dat we vooral het eigen land gaan herontdekken. Een grote opmars van de Staycation is aannemelijk. Een peiling wijst uit dat 6 op de 10 Nederlanders hun zomervakantie hebben uitgesteld. Daarnaast zal het binnenlands toerisme sneller profiteren van het ‘nieuwe normaal’: de consument maakt geen verre reizen maar kiest – relatief kort van te voren – om naar een attractie, museum, vakantiepark of camping te gaan.

Leisure Leefstijlen
Maar welke Nederlandse bezoeker is interessant voor jou? Om inzicht te krijgen in de verschillende doelgroepen binnen het binnenlands toerisme: maak gebruik van de Leisure Leefstijlen die je vindt op de Leefstijlvinder (www.leefstijlvinder.nl). De Leefstijlvinder beschrijft doelgroepen op basis van kenmerken, voorkeuren en drijfveren, uitgewerkt in zeven leefstijlen. Voor heel Nederland is in kaart gebracht waar welke Leisure Leefstijlen wonen. Daarnaast kun je op basis van postcodes van klantenbestanden, de Leisure Leefstijl van je bezoeker bepalen. De Leefstijlvinder geeft inzicht in de (potentiële) bezoekers en welke wensen zij hebben ten aanzien van vrijetijdsbesteding en communicatie.

  1. Programmeren – aansluiten op de anderhalve meter-samenleving
    Een nieuwe positionering betekent ook een ander programma: welke producten en activiteiten bied je de Nederlandse bezoeker aan? En ook: welk out-of-the-box aanbod kun je ontwikkelen, om aan te sluiten op de anderhalve meter-samenleving? Gaat de consument überhaupt nog naar grote attracties of mijden we liever drukke plekken? Welke (noodgedwongen) innovatie kun je doorvoeren om bezoekers straks toch te ontvangen? Investeer ook in nieuwe samenwerkingen voor een complete vrijetijdsbeleving. Hoe kunnen ondernemers en de gebieds- of regiomarketing samen de lokale aantrekkingskracht versterken? En investeer in trainingen voor je medewerkers. Hoe ziet gastvrijheid eruit in de anderhalve meter-samenleving?
  2. Profileren – blijf op het netvlies, ook in een crisis
    Tot slot: laat jezelf zien! Blijf in contact met jouw potentiële doelgroepen! Zorg dat je positief op het netvlies blijft staan. Wat heb je hen nu en straks te bieden? Laat hen weten welke maatregelen je neemt voor de anderhalve meter-economie en stel hen gerust. Vertel leuke ontwikkelingen, want een groot deel van de consumenten heeft behoefte aan afleiding, feel good en vermaak. Of creëer aanbod die de bezoeker thuis kan beleven. Met andere woorden: blijf relevant en top of mind. Juist nu!

Kijk naar kansen
Kortom: never waste a good crisis. Wees ondernemend en kijk naar kansen. Doorsta de coronacrisis en speel hierop in met een scherpe herpositionering, herprogrammering en/of herprofilering. Wees dé leisure-ondernemer, -organisatie, of -bestemming die in het ‘nieuwe normaal’ de optimale leisure beleving weet aan te bieden aan de voor jouw relevante, Nederlandse, bezoeker. Doe het voor jezelf én voor Nederland zodat we een aantrekkelijke bestemming blijven. Voor binnenlands, en straks weer buitenlands, toerisme.

Leonie van der Laan
Adjunct directeur Bureau Buhrs

Wil je meer weten over het herijken van jouw organisatie/bestemming of de Leisure Leefstijlen? Neem contact op met Bureau Buhrs.
E: info@bureaubuhrs.nl
T: 020-632 5805.

Bureau Buhrs is gecertificeerd Leefstijladviseur.

Met dank aan NRIT Media voor actuele cijfers en data over de leisurebranche

BELEVINGSWERELDEN BIJ PARTICIPATIE-AANPAK AARDGASVRIJE WIJKEN

Het succesvol aardgasvrij maken van een bestaande wijk staat of valt met de medewerking van bewoners en gebouweigenaren. Een participatie-aanpak die is afgestemd op de mensen in die wijk is daarbij het meest kansrijk. Maar hoe doe je dat? “Kijk niet alleen naar leeftijd, inkomen en opleidingsniveau,” zegt participatiedeskundige Wilma Klaren van Bureau Buhrs. “Verdiep je ook in wat mensen in die wijk belangrijk vinden, wat hun waarden en voorkeuren zijn, kortom hun belevingswereld. Dat zegt veel meer over hoe je ze kunt betrekken, de toon die je moet aanslaan en de manier waarop je met ze in gesprek gaat.”

Bereidheid bewoners succesfactor
Op 1 december 2019 heeft het Rijk de tweede ronde voor de subsidieregeling Proeftuinen Aardgasvrije Wijken (PAW) opengesteld. Iedere gemeente die hieraan mee wil doen, dient een PAW-aanvraag in. Naast de technische, organisatorische en financiële aanpak moet de gemeente nadenken over de wijze waarop ze de bewoners en gebouweigenaren bij de transitie gaat betrekken. Want de bereidheid van bewoners om mee te doen is een van de belangrijkste succesfactoren. Voor hen is de impact immers het grootst: het is een verandering in hoe zij koken en hun huis verwarmen. Soms vraagt het ook financiële investeringen. Niet iedere bewoner of gebouweigenaar zal hier zonder meer ‘ja’ tegen zeggen.

Houding te voorspellen
Het Rijk vraagt de gemeenten daarom een participatie- en communicatieplan te maken dat aansluit op de kenmerken en behoeften van de bewoners, gebouwgebruikers en –eigenaren in die wijk. Want die kunnen per wijk verschillen. “De kenmerken en behoeften bepalen de bereidheid van mensen om mee te werken en dus het succes van het project,” vertelt Wilma Klaren van Bureau Buhrs. “In de ene wijk beseffen mensen dat de omslag naar gasvrij noodzakelijk is en willen ze graag meedenken over hoe die omslag plaatsvindt. Ergens anders zijn bewoners veel minder overtuigd. Zij werken alleen mee als de gemeente alles regelt en ze er zelf zo min mogelijk last van ondervinden. De houding is vaak op voorhand te voorspellen als je kennis hebt van de belevingswereld van de mensen. Dat gaat veel verder dan sociaaleconomische gegevens, zoals leeftijd, inkomen en opleidingsniveau. Minstens zo belangrijk zijn de waarden van mensen, hun drijfveren en voorkeuren.”

Spelletjes doen
Mevrouw Knipping is een actieve 65-plusser. Ze is heel geïnteresseerd in de ontwikkelingen in haar stad maar vooral die in haar eigen woonwijk. Dit vanwege haar lidmaatschap van de lokale D66, en omdat ze graag – waar dat kan – invloed heeft op die ontwikkelingen. Dat was ook de reden dat ze naar een bijeenkomst ging over de ‘Transitievisie naar aardgasvrij’ van haar gemeente. Ze had zich verdiept in de mogelijkheden en wilde er graag meer over weten. De bijeenkomst was echter een teleurstelling. “Ze zetten daar mensen neer die nauwelijks verstand van de materie hebben. Toen ik begon over waterstof als energiebron keken ze me heel glazig aan. Ook was er nog geen plan. Wel moesten we spelletjes gaan doen. Nou, daar pas ik voor. Ik was niet de enige die dit waardeloos vond, er waren meer mensen die er zo over dachten.” De gemeente had hier duidelijk voor een aanpak gekozen die niet goed aansloot op de belevingswereld van de deelnemers. “Gemiste kans,” vindt Wilma. ”Want juist de mensen die als eerste interesse tonen kun je inzetten als ambassadeur voor je project.”

Belevingswereld bepaalt voorkeuren
Maar hoe weet je welke belevingswereld dominant is in een wijk of buurt zonder dat je hiervoor een groot onderzoek moet optuigen? Bureau Buhrs werkt hiervoor met het wetenschappelijke BSR™ (Brand Strategy Research) model. Op basis van vele geo-psychografische gegevens is van alle huishoudens in Nederland bekend welke belevingswereld mensen hebben. Grofweg zijn er voor Nederland vier smaken: de gele belevingswereld staat voor harmonie en gezelligheid, de groene voor bescherming en zekerheid, de blauwe voor manifestatie en controle en de rode voor vrijheid en vitaliteit. De belevingswereld van mensen is van invloed op een groot aantal aspecten van hun leven: van waar ze willen wonen, winkelen en op vakantie gaan tot hun politieke keuze, klimaatbewustzijn en houding tot corporaties, gemeenten en andere instanties. Ook de manier waarop je mensen het beste kunt aanspreken en activeren tot gedragsverandering verschilt per belevingswereld: zowel de boodschap zelf als de framing, beelden, tone-of-voice, communicatiemiddelen en participatievormen.

Het BSR model. Klik om de afbeelding te vergroten.

Meest kansrijke aanpak
Voor de PAW-aanvraag adviseert Wilma gemeenten om naast de sociaaleconomische gegevens de belevingswerelden van de betreffende wijk op te vragen. Aan de hand daarvan kan de meest kansrijke participatie- en communicatieaanpak worden bepaald. Wilma noemt enkele voorbeelden: “Is het een wijk waar veel blauwe (manifestatie en controle) mensen wonen? Zorg dan dat de informatievoorziening offline en online goed op orde is, behandel de mensen persoonlijk en als experts, werk efficiënt en laat ze zien wat hun individuele winst is bij de transitie. Heb je te maken met gele (harmonie en gezelligheid) mensen? Organiseer informele bijeenkomsten in de wijk, vier mijlpalen met de hele buurt, maak gebruik van Facebook en de wijkkrant en benadruk dat als iedereen meedoet, het er voor iedereen beter op wordt.” En zo is er voor een groene of rode wijk ook een aanpak op maat te geven. Voor een wijk met een evenredige verdeling van kleuren volstaat een eenduidige aanpak niet. Daar moet je variëren of met een breder communicatie- en participatieaanbod komen.

Rood neemt liever zelf initiatief
Een onderzoek dat Wilma voor de gemeente Zeist deed, bevestigt dit. Daar had de Stichting Energie Zeist bij een programma voor het verduurzamen van huizen – zonder het te weten – voor een blauwe aanpak gekozen. Met een duidelijk stappenplan, presentaties door experts en een rol voor de wethouder sloeg die aanpak erg aan. Maar niet in iedere wijk. In wijken waar de aanpak succesvol was, was blauw de dominante belevingswereld. Mensen uit een rode wijk gaven aan liever zelf initiatief te nemen en uitsluitend ondersteuning te willen vanuit de Stichting. Een blauwe aanpak had ook mevrouw Knipping en de andere deelnemers aan de bijeenkomst meer aangesproken. Waarschijnlijk zijn zij zelf ook blauw. Bij mensen met een meer gele belevingswereld zou de avond misschien wel een succes zijn geweest.

Bel of mail als u meer wilt weten!
De methodiek De burger is ook een mens. Burgerparticipatie op basis van belevingswerelden van Bureau Buhrs is opgenomen in de handreiking participatie en communicatie van het Programma Aardgasvrije Wijken. Wilt u er meer over weten en hoe u die toepast bij de participatie- en communicatieparagraaf van uw PAW-aanvraag? Of bij het opstellen van uw transitievisie en wijkuitvoeringsplannen? Neem contact op met Wilma Klaren van Bureau Buhrs.

Bureau Buhrs is al meer dan 10 jaar succesvol met de methodiek De burger is ook een mens. Naast het gebruik in projecten geeft het bureau trainingen aan medewerkers van gemeenten, corporaties en andere organisaties die veel met burgers samenwerken. Meerdere corporaties en gemeenten, van Amsterdam, Eindhoven tot Tiel hebben de methodiek toegevoegd aan hun participatie-instrumentarium. Bel voor meer informatie naar 020-6325805. De brochure kunt u gratis aanvragen via info@bureaubuhrs.nl.

 

Kleur bekennen onder de Omgevingswet

Participatie wordt (nog) belangrijker onder de Omgevingswet. De wet schrijft voor dat overheden belanghebbenden vroegtijdiger betrekken bij de ontwikkeling van beleid/plannen/projecten. Bovendien geldt bij besluiten (bijvoorbeeld vergunningen) een motiveringsplicht: hoe is de omgeving betrokken en wat is er met deze inbreng gedaan? Waaruit ‘de omgeving’ exact bestaat en hoe deze dient te worden betrokken schrijft de wet niet voor. Gelukkig maar, want dit biedt ruimte voor lokaal maatwerk. Tegelijkertijd stelt het toegenomen belang van participatie onder de Omgevingswet overheden, projectontwikkelaars en overige initiatiefnemers voor een flinke uitdaging. Want hoe ontwerp je een succesvol participatieproces en hoe betrek je meer mensen dan de ‘usual suspects’?

De burger is ook een mens
Bureau Buhrs werkt al meer dan 10 jaar op basis van de overtuiging dat het betrekken van bewoners en stakeholders, binnen de juiste randvoorwaarden, meer draagvlak en hogere plankwaliteit oplevert. Een belangrijke voorwaarde is inzicht verkrijgen in de doelgroepen van de participatieopgave. Hierin gaan wij verder dan het verzamelen van de gebruikelijke sociaaleconomische gegevens. Want begrijp je iemand écht met alleen kennis van leeftijd, geslacht en inkomen?


Wij ontwikkelden de methode ‘De burger is ook een mens: Burgerparticipatie op basis van belevingswerelden’ gebaseerd op de BSR-leefstijlsegmentatie van onderzoeksbureau SAMR (Het aansluiten bij belevingswerelden wordt ook aangeraden op www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl onder de noemer ‘Andere mensen aan tafel’). Uitgangspunt is dat ieder mens een (dominante) belevingswereld heeft, waarbij vier kleuren de verschillende typen onderscheiden. Deze belevingswereld gaat over de diepere waarden en drijfveren van mensen.

De twee belangrijkste factoren die bepalen of en hoe mensen willen participeren zijn: de houding ten opzichte van autoriteit/de overheid en de houding ten opzichte van verandering. Doordat de belevingswerelden van inwoners over heel Nederland tot op postcodeniveau in kaart zijn gebracht, weten we op straatniveau hoe en wanneer in het proces bewoners benaderd willen worden. Daar sluiten wij vervolgens op aan met onze participatiestrategieën, middelen en uitingen.

Kleur bekennen
Hoe werkt het in de praktijk? Iemand van de ‘rode’ belevingswereld denkt graag mee wanneer er zo veel mogelijk ruimte is voor creatieve inbreng. Participatievormen die hierbij aansluiten zijn een vrije brainstorm of samen met een landschapsarchitect op een A0 schetsen maken van de toekomstige inrichting van de wijk.

Maar pas op! Wanneer je met een lege A0 aankomt bij bewoners met een ‘groene’ belevingswereld kan je rekenen op flink wat weerstand en opmerkingen als: ‘kom maar terug als je je huiswerk hebt gedaan’. Deze mensen worden liever later in het proces betrokken, wanneer alles is uitgezocht en er een heldere keuze voorligt. Totdat deze keuze voorligt willen zij wel aangehaakt blijven door middel van een adequate informatievoorziening. ‘Blauwe’ mensen hechten aan de andere kant veel waarde aan controle en erkenning. Je raakt de juiste snaar door hen aan te spreken op hun kennis en ervaring van de buurt/het onderwerp. Deelnemen als deskundige gesprekspartner? Daar zijn zij wel voor te porren.

Troef in handen
Werken met belevingswerelden geeft een waardevolle troef in handen voor geslaagde participatie. Met alleen belevingswerelden zijn we er echter niet. Uit onze ervaring in het begeleiden van participatietrajecten weten wij hoe complex het is om participatie in goede banen te leiden. Werken met belevingswerelden is dan ook één van de onderdelen van ons raamwerk voor participatie.

De vragen waar we dit artikel mee begonnen (hoe ontwerp je een succesvol participatieproces en hoe betrek je meer mensen dan de ‘usual suspects’?) zijn niet nieuw. Wel worden deze urgenter onder de Omgevingswet. Daarom nemen we je graag mee in een serie verdiepende artikelen over participatie onder de Omgevingswet. Onze artikelen over de Omgevingswet en andere onderwerpen direct ontvangen? Schrijf je in voor onze nieuwsbrief.

Nu al meer weten? Vraag onze brochure ‘De burger is ook een mens’ gratis op of neem contact met ons op voor een gesprek, training of advies.

020-6325805
info@bureaubuhrs.nl